Bescherming vanuit de lucht: droneteam redt reekalfjes van maaimachines

Bescherming vanuit de lucht: droneteam redt reekalfjes van maaimachines

Het geluid van ronkende motoren schalt door het landschap. Het natte voorjaar en de hoge temperaturen hebben ervoor gezorgd dat het gras hoog boven het maaiveld staat. Het geluid van de grasmaaiers zorgt ervoor dat het zoemende geluid van de drone boven het veld nauwelijks te horen is. Het is een drone van Wildbeheer Eenheid Kromme Rijn en Utrechtse Heuvelrug die onvermoeibaar bezig zijn met een belangrijke missie: vanuit de lucht speuren ze naar kwetsbare reekalfjes die zich verstoppen tussen het hoge gras, en dat allemaal om te voorkomen dat deze jonge dieren het slachtoffer worden van een nietsvermoedende grasmaaier.

Vroeg in de ochtend, wanneer de meeste mensen nog in diepe rust zijn, begint de dag al voor Ruud Elbertse, een enthousiaste vrijwilliger van de Wildbeheereenheid Kromme Rijn. Samen met het droneteam bezoekt hij boeren en landgoedeigenaren in de regio. Gewapend met een drone met warmtecamera speuren ze vanuit de lucht naar tekenen van wild tussen het dichte gras. Dit vroege tijdstip is cruciaal, omdat ze gebruik kunnen maken van de koelte van de ochtend en de warmte van de opkomende zon vermijden. De zonnestralen transformeren namelijk alledaagse objecten zoals houten paaltjes en molshopen tot vlekken met dezelfde helderheid als een pasgeboren reekalfje. Daarom starten ze zo vroeg en kunnen ze ’s ochtends één, twee of soms zelfs drie klanten van dienst zijn. Een ware toewijding, want als ze om 5 uur ergens moeten zijn, moet Ruud al om half 4 zijn bed uit.

Juten zak

De aanpak van het droneteam is zorgvuldig. “De reekalfjes worden door hun moeder in het weiland gelegd en af en toe komt ze terug om ze te zogen. Als we de kalfjes zouden verplaatsen, om te kunnen maaien, kruipen terug naar de plek waar we het kalfje hebben weggehaald. Om deze reden maken we gebruik van een licht geweven juten zak, waarin de kalfjes maximaal een uur kunnen blijven”, legt Ruud uit. Tijdens die periode wordt het gras snel gemaaid, om vervolgens de kalfjes weer vrij te laten. Op deze manier worden de kalfjes slechts voor een korte tijd van hun moeder gescheiden. En het werkt: binnen enkele seconden na hun vrijlating worden de kalfjes weer opgezocht door hun moeder.

Maaimachines met GPS

Ruud doet dit allemaal geheel vrijwillig. Het kost hem veel vrije tijd, maar hij doet het met liefde, zegt hij: “Het voelt gewoon niet goed om alles maar kapot te maaien en dood te maken. De maaimachines zijn wel negen meter breed en razen met een snelheid van 40 km per uur over de velden, gestuurd door GPS. Daardoor heeft niemand door dat er vaak veel dieren gedood worden tijdens het maaien. Zelfs als je een kleine boerderij hebt of een langzaam rijdende maaimachine gebruikt, is het moeilijk om deze kleine beestjes op te merken. Soms gaan we nog op de ouderwetse manier, lopend door het gras. Maar zelfs dan sta je er soms vlak bovenop voordat je ze ziet. Het gras is vaak zo hoog en dichtbegroeid dat de dieren zich perfect kunnen verstoppen. Ze drukken zich plat op de grond vanwege het lawaai en hebben geen schijn van kans.”

Als ervaren jagers streven ze naar het behoud van een gezonde wildstand en een evenwichtig ecosysteem, legt Ruud uit: “Veel mensen stellen ons de vraag: ‘Je redt de dieren nu wel, maar uiteindelijk schiet je ze ook dood.’ Maar dat heeft alles te maken met beheer. We moeten kijken naar de aantallen en de aanrijdingen in een bepaald gebied. Waar er veel aanrijdingen plaatsvinden, moeten we ingrijpen. We halen dan de oudere, zieke of zwakkere exemplaren eruit. Dat is wat wildbeheer inhoudt. Het hoort bij ons werk. Bovendien bevinden zich tussen die jonge reekalfjes ook dieren met sterke genen die essentieel zijn voor de voortplanting en het voortbestaan van de soort.”

Hoewel het afschieten van dieren een klein onderdeel is van hun taken, besteedt het Wildbeheereenheid Kromme Rijn het overgrote deel van hun tijd aan deze levensreddende activiteiten. “Ongeveer 95% van onze tijd zijn we bezig met dit soort activiteiten om de wilde dierenpopulatie te beschermen”, verzekert Ruud. “Het gaat erom dat we willen zorgen voor een gezonde wildstand, een diversiteit aan flora en fauna. Elk jaar rond deze tijd zijn we actief om de reekalfjes op te sporen, hoewel het lastig is om een vaste planning te volgen. Reeën kunnen zelfs hun zwangerschap uitstellen, wat een fascinerend fenomeen is. Dit doen ze om een zo optimaal moment uit te zoeken om hun kalfje ter wereld te brengen. De periode waarin ze werpen en wij ze moeten opsporen, strekt zich daarom uit over ongeveer twee maanden.”

Gerelateerd aan:

Reacties

Scroll naar boven